Stanislavski 2
‘stanislavski 2’ (tweede deel)
met als titel: ‘waar ben ik verzeild geraakt’
om het leven van de befaamde heer konstantin sergeyevitsch. in beperkte kring ook wel genoemd: ‘voetlichtkeizer sanislasso’
een performance in losse stijl naar een keuze uit het vele materiaal voorhanden. een voorstelling die ofschoon al lange tijd geleden aangekondigd en in studie genomen, nu vanwege de uitzonderlijke situatie waarin het toneel van vandaag dreigt te gaan verkeren, met grote noodzaak móét worden gerealiseerd. wij kunnen niet instaan voor de gevolgen van mogelijke provocatieve elementen die vorm of inhoud van de montering betreffen. desalniettemin, laat u dit niet ontgaan, weest niet bevreesd, maar komt dat zien.
vanwege het grote aantal voorvallen, transformaties en mystificaties, zal dit project voorlopig twee, maar misschien wel drie, vier of vijf delen betreffen, waarvan de eerste twee of misschien wel drie, dit seizoen en drie, vier, en vijf, ‘deo volente’ ook in het volgende zullen worden gerealiseerd
citaat stanislavski: what does it really mean to be thruthful on the stage? does it mean that you conduct yourself as you do in ordinary life? not at all. thruthfulness in those terms would be sheer triviality.
citaat damasio: een van de redenen dat we zoveel waardering hebben voor toneelspelers, is dat ze er ons soms van weten te overtuigen dat ze iemand anders zijn dan zichzelf, dat ze een andere geest hebben en een ander zelf. tegelijkertijd weten we dat dit niet echt zo is, dat ze het voertuig zijn van een overtuigend spel, en we prijzen ze omdat hun verrichtingen niet natuurlijk en niet gemakkelijk zijn. dat is toch fascinerend. waarom is het niet normaal dat er geen twee of drie personen in één lichaam voorkomen? dat zou een veel effectiever gebruik van biologisch weefsel zijn. waarom zijn er geen lichaamloze personen onder ons, u weet wel, spoken, geesten, gewichtloze en kleurloze schepselen? wat een ruimtebesparing!
is er geen lichaam, dan is er ook geen geest. maar is er wel een lichaam, dan is er nooit meer dan één geest. een lichaamsgezinde geest helpt het lichaam in stand houden. toen er wezens zoals wij op het toneel verschenen met een lichaam en een bewuste geest, waren dat, zoals nietzsche ze ooit noemde, ‘bastaarden van plant en schim’ hij noemde dat wezen ook ‘tweespalt’ omdat het een vreemd huwelijk in zich draagt tussen iets wat duidelijk materieel is en iets wat onlichamelijk lijkt.
stanislavski, konstantin sergeyevitsch, moskou 1863-1938, is een van de grote vernieuwers van het toneel. hij speelt al van af zijn prilste jeugd in het toneelzaaltje van zijn ouderlijk huis in liubimovka. later als het serieuzer wordt en de familie naast het landgoed een huis krijgt in moskou aan de sadvayastraat, laat zijn vader ook daar een volledig geoutilleerde toneelzaal inrichten. toch neemt hij een pseudoniem als hij ook elders buiten in de stad gaat spelen, om de familie niet te provoceren met de nederige positie die een toneelspeler in die tijd heeft. dat is de reden dat we hem nog steeds kennen als ‘stanislavski,’ een pools klinkende naam, die hij leent van een balletdanseres en die een zo eenvoudige afkomst suggereert dat hij er zich veilig mee kan voelen. als 25 jarige richt hij met geld van de firma van zijn vader de ‘maatschappij voor kunst en literatuur’ op, in ginzburg huis aan tverskaja straat, een luxueuze club met een grote toneelzaal en expositieruimtes. er is een sectie toneel en een sectie opera en dans en elk daarvan heeft een school. in 1898 begint hij met nemirovich-danchenko het moskou’se kunsttheater waar 39 tot 45 toneelspelers vanuit diverse diciplines, opera, dans, circus opereren, een cooperatie met aandeelhouders en lage toegangsprijzen, waaraan hij tot zijn dood in 1938 verbonden blijft.
citaat: introductie, sloop en hakwek, performance, nieuwe trends (algemene grondregels), het zijn (ervaring), de waarheid, de logica van het gevoel, emotionele gevoelens, wortels van het gevoelde, de wil, de spieren, het vermijden van clichees, objectiviteit, het verlangen, de begeerte, communicatie, de adaptatie, zaaigoed, lijn in de actie, de cirkels, het tempo, de karaktervorming, de analyse, de zelfanalyse, hoe het systeem te gebruiken, de annotatie, de terminologie. (k.s. archief, nos. 906-934)
vanaf zijn vroegste jeugd noteert konstantin sergeyevich nauwkeurig alles wat hem drijft en analiseert de overdrachtdillemma’s. daaruit zijn de beroemde boeken gedistilleerd, die later ook geautoriseerd en aangevuld verschijnen onder engelse titel van de beroemde vertaalster elisabeth hapgood, met wie hij ze bewerkt: ‘an actor prepeares’ ‘creating a role’ ‘building an character’ zijn memoires gaan tot ongeveer 1920 en zijn verschenen onder de titel: ‘my life in art’
zie ook oa: pushkin, gogol, chronegk, nemirovich-danchenko, meijerhold, tolstoy, maeterlinck, ibsen, tsjechov, gorki, bulgakov, majakovski, knipper, tairov, vakhtangov, appia, graig, malevich, dalcroze, nietzsche, ribot, wedekind, brecht, stendhal, damasio, lange, e.v.a.
met: annette kouwenhoven, jorn heijdenrijk, jan joris lamers, matthias de koning, miranda prein en mogelijkerwijs ook te verwachten gasten.
de voorstelling wordt in 2012 voorlopig gespeeld op:
20 tot en met 31 maart in frascati 2 amsterdam,
20 en 21 april toneelschuur haarlem,
26 april grand théâtre groningen
4 en 5 mei monty antwerpen
Pers/Recensies
foto's Bert Nienhuis